Dit artikel verscheen in de Plantage Hortus van juni 1986 door Fred TriepDeze plant uit de familie van de cactussen is een van de opvallendste bloeiers uit onze Hortus. Helaas bloeit zij maar een nacht per seizoen, zodat u weinig kans heeft om van haar fraaie bloemen te genieten. Als u geluk heeft, dan kunt u op een juniochtend nog een indruk krijgen van haar schoonheid gedurende de afgelopen nacht. Het geslacht Selenicereus, waartoe deze nachtbloeier behoort, bestaat uit epifytische planten (dit zijn planten, die op bomen of rotsen wortelen), die voorkomen vanaf Zuid Texas tot aan de noordkust van Zuid Amerika. Het lichaam van de meeste Selenicereussoorten is zonder bloemen niet erg aantrekkelijk. Het zijn klimmende struiken, bestaande uit dunne zwak geribde leden. De leden bezitten luchtwortels, waarmee ze zich aan de boomstammen van het tropisch regenwoud kunnen hechten. De lengte van deze planten kan hierdoor enige meters worden. De Selenicereus, die in de Hortus voorkomt, staat in de Nieuwe Succulentenkas. Het is Selenicereus grandiflorus uit Cuba en Jamaica. De leden van de ongeveer 3 meter lange plant gebruiken in deze kas een van de stangen, waarop het dak rust, als steun. Ondanks zijn onaanzienlijk voorkomen, kan zij de mens plezier verschaffen. Allereerst met zijn 30 cm grote bloemen, die bestaan uit vele witte kroonbladeren en gele kelkbladeren. Maar ook door de stoffen die zij produceert. Uit het lichaam van de plant wordt een medicijn gehaald, dat helpt tegen hartkrampen. Het middel zorgt onder andere voor een betere doorbloeding van de haarvaten in de hartspier. Mogelijk heeft de plant al gebloeid, als u dit leest. Anders moet u maar aan het personeel van de Hortus vragen, wanneer zij denken dat ze gaat bloeien. Een bezoek aan de Nieuwe Succulentenkas is dan de moeite waard. Verzorging Heeft u vragen over de verzorging van deze plant? Die kunt u stellen op mijn forum over de verzorging van planten. Misschien weet iemand het antwoord of staat er reeds een antwoord voor u.
Deze pagina is het laats aangevuld op zaterdag 8 februari 2003.
Voor aanvullingen of reacties, stuur mij een email: email: Fred Triep
|