Dit artikel verscheen in de Plantage Hortus van juni 1994. In dit zelfde nummer van de Plantage Hortus heb ik ook een algemeen verhaal over waterplanten geschreven door Fred TriepHet geslacht waternoot (Trapa) is het enige geslacht uit de familie Trapaceae. Er worden 30 soorten onderscheiden, die voorkomen in het zuiden en zuidoosten van Europa, het zuidelijk deel van Azie, Noord-Afrika en Oost-Afrika. De soort die in Europa voorkomt, Trapa natans, kwam vroeger ook in Nederland voor. Omstreeks 1780 werd hij volgens bronnen aangetroffen in 'vijvers en stilstaande wateren'. Ook is de plant nog enige keren in het begin van deze eeuw verwilderd (waarschijnlijk afkomstig uit een aquarium) in een vijver gevonden. De waternoot is een waterplant met een ondergedoken stengel, die aan het einde een rozet van bladeren bezit, die op het water drijven. De bladeren zijn ruitvormig en bezitten gezwollen bladstelen. Deze bladstelen fungeren als "drijvers". Daarnaast zitten er aan de ondergedoken stengel soms kortlevende bladeren, die lang en dun zijn. Ze verdwijnen, als de stengel drijvende bladeren gevormd heeft. Hoewel de plant in de modder kan wortelen, draagt hij aan de stengel ook lange bijwortels.
De bloemen zijn wit. De vruchten zijn grote stekelige noten, die veel vet en zetmeel
bevatten. Ze zijn eetbaar. De zaden werden vroeger in Midden-Europa in tijden van
hongersnood tot brood gebakken. Ook in Kashmir (India) worden de zaden van de waternoot
door de bewoners op en rond het Kashmir meer als zetmeelbron gebruikt. Het betreft hier de
soort Trapa quadrispinosa, die in grote aantallen in het meer voorkomt. De plant is
ook rijk aan ijzer. De waternoot zal in de Hortus een plaatsje krijgen in het subtropische gedeelte van de drie- klimatenkas. Verzorging Heeft u vragen over de verzorging van deze plant? Die kunt u stellen op mijn forum over de verzorging van planten. Misschien weet iemand het antwoord of staat er reeds een antwoord voor u.
Voor aanvullingen of reacties, stuur mij een email: email: Fred Triep
|