Dit artikel verscheen in de Hortuskrant van maart 2006 door Fred Triep
Magnolia’s zijn bomen of struiken, die
volgens sommige biologen tot één geslacht behoren van ongeveer 120 soorten.
Het geslacht Magnolia wordt door andere biologen in 11 geslachten
verdeeld, waaronder Magnolia (met 80 soorten), Talauma (met 50
soorten) en Michelia (met 40 soorten). Wat de beste indeling is, wordt
misschien in de toekomst duidelijk als er meer gegevens zijn van fossielen en
DNA onderzoek. Het geslacht Magnolia en Liriodendron
(tulpenboom) vormen samen de familie Magnoliaceae. De Magnoliaceae
worden beschouwd als een primitieve familie, die qua eigenschappen tussen de
Eenzaadlobbigen (tegenwoordig Monocots genoemd) en de Eudicots (de meer
ontwikkelde Tweezaadlobbigen) zitten. Over de termen Monocots en Eudicots kunt u
meer lezen in de nieuwe uitgave van de Heukels flora, een uitgave
die nu ook de nieuwe indeling van planten beschrijft gebaseerd op onderzoek aan
het DNA. De familie Magnoliaceae komt overeen met de
Monocots wat betreft de stuifmeelkorrels: deze hebben slechts één
kiemingsopening, terwijl de geavanceerdere Eudicots er twee hebben. Maar met de
Eudicots hebben de Magnoliaceae de aanwezigheid van twee zaadlobben
gemeen. De Magnoliaceae komen voor in twee gescheiden gebieden, het ene gebied ligt in Noord- en Zuid Amerika rondom het Caribische gebied (ongeveer twintig procent van de soorten), het andere in zuidoost Azië rondom Maleisië (met tachtig procent van de soorten). De bloemen van de Magnolia’s zijn tamelijk
groot. Ze hebben een uitgerekte bloembodem, waarop de verschillende bloemdelen
spiraalsgewijs zijn ingeplant. Er zijn 3 kelkbladeren en 6 tot veel
kroonbladeren, maar het onderscheid tussen deze twee type bladeren is niet zo
groot als bij de meer ontwikkelde tweezaadlobbigen. Er zijn veel meeldraden en
ook veel vruchtbeginsels aanwezig. De gewone bladeren zijn enkelvoudig en deze
staan verspreid om de stengels. Aan de voet van de bladeren zitten
steunblaadjes, die eerst de bladknop omgeven, maar later afvallen. Na het
afvallen blijft een cirkelvormig lidteken over. Het geslacht Magnolia is waarschijnlijk
behoorlijk oud. De fossiele Magnolia acuminata zou ongeveer 20 miljoen
geleden hebben gebloeid. In 98 miljoen jaar oude lagen in Noord- Amerika zijn
de fossielen van de Archaenanthus gevonden, een plant die mogelijk tot de
familie Magnoliaceae gerekend kan worden. De evolutionaire ontwikkeling van de Magnolia’s begon voordat de bijen zich ontwikkelden. De bouw van de bloem maakte de bestuiving door kevers mogelijk. Het hout van de Noord-Amerikanen Tulpenboom (Liriodendron tulipifera) wordt gebruikt om er meubels van te maken. Daarnaast wordt het hout van Magnolia hypoleuca en Michelia champaca plaatselijk gebruikt. Maar de verschillende Magnolia soorten hebben voornamelijk een grote sierwaarde. Daardoor is deze boom over de hele wereld verspreid geraakt. De Magnolia is de officiële staatsbloem van de staten Mississippi en Louisiana. Na de grote wervelstorm Katrina in de nazomer van 2005 is de Magnolia ook een symbool geworden voor de steun aan deze staten. In de Hortus kunt u een Magnoliaboom, Magnolia
grandifera, zien bij de ingang van de Hortuswinkel.
Verzorging Een interessante website over de verzorging,
het opgroeien en vermeerderen van Magnolia bomen is de website "How
to Grow Your Own Magnolia Tree". Literatuur Flowering Plant Families, UH Botany, Magnoliaceae Vernon H.
Heywood Magnolia Ruud van der
Meijden Stevens,
P.F. (2001 en later). How to Grow Your Own Magnolia Tree
Voor aanvullingen of reacties, stuur mij een email: email: Fred Triep
|